Allison Dubois
Kus ze niet vaarwel
Ik wil dit boek graag opdragen aan vaders, omdat ik sinds kort besef hoe belangrijk vaders kunnen zijn. In 2002 overleden vier bijzondere mannen in mijn omgeving en ik heb het geluk gehad dat ik hen heb gekend:
Mijn vader, Mike Gomez; ik was dol op hem en ik zal hem de rest van mijn leven missen. Hij was geen standaardvader. Zo gaf hij me op mijn negende al gezichtsbehandelingen opdat ik later minder rimpels zou hebben. Leuk geprobeerd, pap! Iedereen was dol op hem. Hij is 67 jaar geworden, maar eigenlijk is hij altijd een koppig kind gebleven. Ik weet dat hij eeuwig met mooie vrouwen tussen de sterren zal dansen. Niemand kan mijn vader evenaren als het om lachen en leven gaat.
Randy, een goede vriend van me, overleed zeven weken na mijn vader. Hij was The Seafood King en mijn lievelingsscepticus. Randy maakte alles in zijn omgeving bijzonder, waardoor iedereen genoot. Hij stierf net als mijn vader aan een hartaanval, maar hij was pas 49. Hij laat drie geweldige kinderen achter en een vrouw die zijn levenslust deelt. Mijn oudoom Don, een man vol wrange humor, voormalig hoofd van de politie en piloot in de Tweede Wereldoorlog. Hij werd tachtig en maakte zijn laatste vlucht in het jaar waarin hij stierf. Russ Serzen, voormalig honkbalspeler bij de Yankees en een geweldige vader. Ik kende hem maar kort, omdat hij heel plotseling overleed aan de dodelijke hersenziekte Creutzfeldt-Jakob. Hij heeft een blijvende indruk op me gemaakt. Hij was iemand die je alleen maar kon bewonderen. Al deze mannen hebben een rijk leven gehad en genoten daar ten volle van. Ze waren een inspiratie voor de mensen om zich heen. Zij waren alle vier vader.
VOORWOORD
Gary E. Schwartz, Ph.D.
Human Energy Systems Laboratory
Universiteit van Arizona
Soms hebben mensen niet alleen een gave, maar zijn ze zelf een geschenk. Allison DuBois is behalve een getalenteerd spiritueel medium ook een uitzonderlijk geschenk voor anderen. Niet alleen voor haar man, haar kinderen, haar familie en haar vrienden, maar ook voor de cliënten die haar om hulp en advies vragen in haar rol van evidence-based spiritueel medium.
Als evidence-based wetenschapper onderzoek ik de mogelijkheid dat het bewustzijn na de dood blijft voortbestaan. In die hoedanigheid ben ik getuige geweest van dingen die Allison kan, dingen waarvan ik een paar jaar geleden nog zou hebben gezegd dat die onmogelijk zijn. De warmte, het gemak en het begrip waarmee het Allison lukt om het schijnbaar onmogelijke te bewerkstelligen, brengen een glimlach op je gezicht en doen je hart overlopen van blijdschap.
Voor ik Allison leerde kennen had ik al onderzoek gedaan met een aantal zeer begaafde mediums. In mijn boek The afterlife experiments: breakthrough scientific evidence of life after death, beschrijf ik een aantal onderzoeken die ik heb uitgevoerd met John Edward (van het televisieprogramma Crossing Over), George Anderson, Suzanne Northrop, Laurie Campbell en Anne Geymen, stuk voor stuk mensen die ik ben gaan omschrijven als de Michael Jordans van de mediumwereld. Na met Allison te hebben gewerkt, begreep ik dat zij de nieuwste aanwinst was in dit medium dreamteam. Ik moet toegeven dat Allison een speciaal plekje in mijn hart verworven heeft. Dat komt omdat ik haar — toevallig — ontmoette twee dagen na het overlijden van mijn geliefde adoptieoma, Susy Smith. Mijn oma's dood kwam als een schok — ze kreeg een zware hartaanval — en ik moet bekennen dat ik daar niet op was voorbereid. Susy was 89 en heeft dertig boeken geschreven over parapsychologie en het voortbestaan van het bewustzijn na de dood. Ze heeft ook met succes deelgenomen aan een paar van onze eerste onderzoeken op het gebied van het mediumschap in het Human Energy Systems Laboratory aan de universiteit van Arizona. En ze kwam voor in The Afterlife Experiments. Susy heeft de laatste 45 jaar van haar leven gewijd aan de vraag of er leven is na de dood. Ze kon eerlijk gezegd niet wachten om dood te gaan, opdat ze het (wetenschappelijke) bewijs kon leveren dat ze er nog steeds was. Susy's overlijden betekende ook een uitbreiding van mijn rol als wetenschapper. Ik was niet meer alleen de senior onderzoeker, maar werd de proefpersoon of ‘vrager’ (degene die wil horen hoe het gaat met een overleden iemand).