Ik vertel in dit boek over mijn eigen jeugd en hoop daarmee ook jonge mediums aan te spreken die vragen en twijfels hebben over hun gave. Ik hoop dat mijn ervaringen kunnen laten zien hoe een kind met een paranormale gave zich zou kunnen voelen of in het leven zou kunnen staan. Ook hoop ik te laten zien hoe wij, mensen die houden van getalenteerde jonge mensen, hen kunnen helpen bij het aanvaarden van hun vaardigheden. Ontdekken wat onze gaven in dit leven zijn, maakt onderdeel uit van onze levensweg naar verlichting. Ik hoop dat mensen die dit boek lezen een betere kijk krijgen op het leven van iemand met een bijzondere gave. Dat ze beter leren begrijpen hoe helderzienden en mediums werken en wat we te bieden hebben. Begrip voor of open staan voor het onbekende is het eerste wat je nodig hebt om je spirituele opvattingen te vergroten. De rest bestaat uit de mogelijkheid het zelf te ervaren.
Ik ben een medium en een zogenaamde
Mijn vereenzelviging met deze personages ging verder dan gewone kinderfantasieën en de wens om
Tijdens mijn kinderjaren en de puberteit kreeg ik regelmatig bezoek van mijn gidsen. Ik wist niet zeker van wie die stemmen afkomstig waren, maar ik wist dat ze vanuit iets goeds en van boven kwamen. Ik voelde de energie van de bezoekers en hoewel ik niet bang voor ze was, was ik wel bang dat ik niet zou voldoen aan de hoge verwachtingen die ze van me hadden.
Ik stelde mezelf natuurlijk de vraag: waarom ik? Ik zag er gewoon uit en mijn ouders waren gescheiden. Naar de kerk gaan vond ik saai. Ik moest elke zondag van mijn moeder met haar mee en dat vond ik vreselijk. Ik praatte liever zelf, in m'n eentje, met de hemel. Ik voelde me heel erg verbonden met een hogere kracht en ik was gevoelig voor wat anderen daarvan vonden. Maar het leek alsof alle volwassenen in de kerk over een ding zongen en dan iets anders in praktijk brachten. Dat vond ik raar, maar als ik er iets over zei, kreeg ik op mijn kop.
Ik vulde mijn kamer met speelgoedbeesten en poppen en dat deed ik vanuit defensieve overwegingen. Ik zette ze naast elkaar op een plank en op de vloer, overal. Ze moesten de ruimte opvullen en een barrière vormen tussen mij en het onbekende. Aangezien ik veel verschillende gradaties van energie om me heen voelde en soms verschijningen zag, vulden mijn speelgoedbeesten de fysieke leegte op; en ik wist dat die energie daarvandaan kwam. Het speelgoed gaf me een soort rust. Het bood een verklaring voor de energie die ik voelde. Er was geen lege ruimte meer en ik hoefde niet meer het gevoel te hebben dat daar een onbekende energie huisde, want nu vulde mijn speelgoed die ruimte op. Kinderen zoeken net als volwassenen in moeilijke omstandigheden naar een oplossing waardoor ze zich veiliger voelen.